In de nacht van overgang naar ’t nieuwe jaar
Alle mensen waren bang; er loerde groot gevaar
Een vijandige vliegmachine ronkte in de lucht
Komt ook hier naar toe misschien en men gaf een zucht
Drie uur lang vloog hij heen en weer, van aan de Maas tot grens
Keerde terug, keer op keer, zocht iets naar zijn wens
Waar zou zijn doel kunnen zijn, ergens op een dree,
Misschien SBB of de Mijn, maar ’t was het KJV
Een geluid doorklieft de lucht; ik riep “de vlieger komt af”
Maar toen ik kwam in d’open lucht, stond ik werkelijk paf
Twintig meter van ons af lagen er huizen plat
De bom was precies gevallen op het KJVhuis-flat
|
Twee soldaten waren dood, vier waren gewond
Toen ik om me henen keek, waar nog een auto stond
In de auto zat een man, in ’t midden door
Die bij dit bombardement zijn leven verloor
Dat was ’t begin van ’t nieuwe jaar, misschien een beter end
Niemand stond met wensen klaar, we waren geen bommen gewend
Dat was de eerste bom in Stein, op een militair doel
Maar laat ’t ook de laatste zijn, daar ik er niets voor voel
Geschreven door G.J.H. Goossen op 30 november 1947
Geboren 2 juni 1926
Overleden 18 oktober 2010
|